Bij mijn eerste sollicitatiecommissie zat een consulent, die me vaderlijk toesprak toen het ging over de arbeidsvoorwaarden. Zij zaten bij het ABP, vertelde ie. ‘Dat zou me op dat moment waarschijnlijk nog niet veel zeggen, maar het ABP was het beste pensioen van Nederland’. Ik knikte. Het zou me inderdaad worst wezen. Hij ging dóór. Andere pensioenen waren waardevast en het ABP welvaartsvast. Ik knikte weer ijverig; wie wilde er nou géén welvaart? Afijn, ik dacht nadien niet meer aan welvaartvastheid. Ik kreeg wel trouw mijn loonstaatjes, waarin opgesomd stond wat ik bruto kreeg, netto kreeg, wat ze inhielden en waarvoor, allerlei percentages, allerlei schalen, afkortingen waarvan ik nog nooit gehoord had, maar ze kosten allemaal geld. Het enige dat ik met die strookjes deed, was kijken naar het getalletje dat rechts onderin stond. Hoeveel ze op mijn rekening gingen zetten nadat ze die indrukwekkende lijst ingehouden hadden. Maar goed: Het ABP was dus het neusje van de zalm. Welvaartsvast. Eigenlijk moet ik zeggen het welvaartsvastst, want zij hadden de overtreffende trap van alle welvaartsvaste uitkeringen. Nu is de overtreffende trap met dat twee keer stst achter elkaar sowieso al moeilijk uit te spreken, maar dat wordt nog moeilijker naarmate je daadwerkelijk richting pensioen gaat en je via een welvaartsvaste verzekering een gebitje gekregen hebt. Ik heb inmiddels de pensioengerechtigde leeftijd al jaren bereikt. En dat was nog niet eens eenvoudig. Dat was altijd 65. Toen wij aan de beurt waren plakten ze er steeds meer maanden aan. Het werd moeilijk om de snel stijgende pensioendatum in te halen. Tegenwoordig is het 67 jaar en 3 maanden. ‘Dan spaar je dus een paar jaartjes langer’, zegt de optimist, de realist zegt dat je dan wel een paar jaar minder uitbetaald krijgt omdat je wél op je voorbestemde tijd dood gaat. Als Nederland Frankrijk heette lag er al lang een bom onder het Parlementsgebouw. Die steken het land al in de fik omdat Macron de pensioenleeftijd van 60 naar 62 deed. Normaal schrijf ik dan “Da’s andere koek”, bij hun scheelt dat een stokbrood. Het is dus best relatief. Ook dat welvaartsvastste van het ABP. Toen wij eindelijk aan de beurt waren stuurde het ABP in het eerste jaar een briefje dat het de vraag was of ze komend jaar waardevast konden uitkeren, het jaar daarop kwam de brief dat ze dat dus niet gingen halen, een jaar later dat het waarschijnlijk naar beneden zou gaan en dat laatste hielden ze jaren vol. Welvaartsvastst. Streep die laatste st er dus maar van af, zij zelf hebben de rest van ’t woord er al afgestreept. Waarschijnlijk omdat ik die loonstaatjes nooit heb uitgeplozen maar gewoon keek wat er rechtsonder stond, heb ik m’n leven lang m’n inkomen niet gekoppeld aan welvaart, maar aan geluk. En dat ben ik dus blijven doen. En van het ABP lees ik de briefjes net zo min als de loonstaatjes vroeger. Ik ben gelukkig met wat er rechtsonder staat. Wie gelukkig is met minder, is sneller rijk.
Meer uitgelicht
Heidi
Heidi is een vriendin van me. Een zalige meid. We trekken al met elkaar op vanaf de lagere school en hebben al veel met elkaar meegemaakt. Dat laatste kan gelezen worden als ‘m...
Word jij onze nieuwe dorpsverbinder ??
Dorpsverbinders bevorderen en ondersteunen het gebruik van HalloHeuvelland. Dat doen zij door: Inwoners/organisaties te enthousiasmeren en helpen bij het gebruik van HH, he...