KERSTMIS IN ZUID-LIMBURG
Warme chocomel en een warme kachel
---
December 2000 – Een paar dagen voor kerstmis
---
“Oma, waar is iedereen?” Lily neemt de beker die oma voor haar neergezet heeft en nipt aan de warme chocomel.
“Voorzichtig," waarschuwt oma. “Voorzichtig, die is nog heet.”
Lily neemt een klein slokje, likt haar lippen af en zegt genietend: “Heerlijk oma, daar knapt een mens van op. En een kind ook, haha.”
“Nou, ik vind dat jij met jouw elf jaren al een grote meid bent,” vindt oma. “Maar om op je vraag terug te komen, jouw moeder is boodschappen doen in de dorpswinkel en opa is al vroeg naar zijn werkplaats in de schuur verdwenen.”
“Aha! In ‘t wirkes, dan goan ich ins noa hem kieke,” lacht Lily. “Ins effe kieke wat hae an ’t doeë is.” Ze drinkt haar chocomel met kleine teugjes op en verheft zich. “Kan ik je nog helpen met de afwas, oma?” vraagt ze.
“Welnee kind. Ga jij maar naar opa en neem dit voor hem mee. Hij is zó snel opgestaan na het ontbijt. Ik geloof dat hij niet eens genoeg gegeten heeft. Jaja, als je opa wat in zijn hoofd gezet heeft is hij niet meer te houden.”
Oma schudt het hoofd met de grijze en witte lokken en pakt een klein dienblad. Ze zet er een beker op, die ze volgiet met koffie. Zwart, geen melk, geen suiker. Zo lust opa zijn koffie het liefste. Ze legt een paar kerstkransjes ernaast en ten slotte nog een mandarijn.
“Neem dit mee voor opa. En kijk meteen even of hij de kachel goed gestookt heeft. Niet, dat hij een kouvat en met de kerst in bed ligt.”
“Kump good, oma.” Lily neemt het dienblad, balanceert het op een hand en opent met de andere hand de keukendeur. Voordat ze naar buiten gaat, draait ze zich nog eens om. “Oma, het is zó fijn om hier te zijn. Kerstvakantie bij jullie in Zuid-Limburg is gewoon fijn. ’t Sjunste wat dr is, oma!”
“En ik vind het fijn, dat jij met je moeder bij ons logeert. Dan ben ik gewoon gelukkig.”
“Adieë, tot zo, oma.” Met een glimlach gaat Lily naar buiten.
°°°°°
Met een sierlijke zwaai zet Lily het dienblad op opa’s werkbank. “De groetjes van oma en dit is voor jou, opa.”
“Oh, wat een verrassing, meisje.” Opa strijkt even over zijn donkerblauwe baret en kijkt Lily aan. “Ik word weer verwend, hè”.
“Daar heeft oma voor gezorgd,” verklaart Lily. “Ze is bang dat je niet genoeg gegeten hebt en ik moet ook nog kijken of de kachel goed warm is.”
Opa wrijft beide handen in elkaar. “Dat is het eerste wat ik gedaan heb toen ik binnenkwam, meisje. Ik heb meteen de kachel aangemaakt.”
Lily gaat aan de werkbank voorbij en knielt voor de ouderwetse kachel die naar alle kanten warmte uitstraalt. Ze staart even in de vlammen en kijkt dan omhoog.
“Opa, wat is het weer gezellig bij jou.” Ze snuift diep door haar neus. “En het ruikt weer zo lekker naar zaagsel en hout en verf en je weet wel, naar opa.”
“Zozo,” meent opa en lacht.
Nu valt Lily’s blik op de kerststal die op het ene einde van de werkbank staat.
“Waar ben je mee bezig?” wil ze weten.
“Ik vond dat de stal een opknapbeurt nodig had. Het is al menig jaar geleden, dat ik hem gemaakt heb. En nu krijgt hij een nieuw jasje.”
Opa schuurt ijverig over de houten mini dakpannen van de stal en Lily zegt: “Denk je dat Maria en Jozef zo’n mooie stal hadden?”
Opa krabt achter een oor en kijkt bedenkelijk. “Waarschijnlijk niet, maar mijn stal moet er picobello uitzien, anders heb ik geen rust.”
“Nee hè, opa,” grapt Lily. “Dat is jouw timmermanseer.”
“Och,” zucht opa een beetje verlegen.
Lily staat op en bekijkt de stal van alle kanten.
“De mooiste stal van de hele wereld heb je, opa,” looft ze en telt alle mini strobundels die opa zorgvuldig gebonden heeft. “Je hebt zelfs bundeltjes gemaakt voor de hooizolder. Wie sjun!”
“Nou, de os en de ezel moeten toch wat te eten hebben,” vindt opa.
“En jij ook.” Lily wijst op het dienblad. “Laat de koffie niet koud worden. En vergeet de kerstkransjes en de mandarijn niet.”
“Dat delen we samen,” beslist opa en dan knabbelen ze beiden aan een chocolade kerstkransje, dat versierd is met hagelslag.
Terwijl opa even later verdergaat met het opknappen van zijn kerststal gaat Lily op haar knieën voor de kachel zitten. Ze staart in de vlammen en verzinkt in deze kleine wereld. Opa’s wereld die veilig is en warm en zo vertrouwd.
23 Jaar later – December 2023 – Een paar dagen voor kerstmis
Lily staart in de vlammen van de kachel en zucht even.
“Wat heb je?” vraagt Tim en ploft naast haar neer op de bank. “Je bent al aardig rond,” voegt hij eraan toe, met een blik op haar buik.
Lily kijkt haar man aan. “Ik kijk in de vlammen en ik ben gelukkig,” antwoordt ze. “En ja, mijn buik is écht rond. Het duurt ook niet meer lang voordat de baby er is.”
“Misschien wordt het een kerstkindje,” meent Tim.
“Wie weet.” Lily legt beide handen op haar buik. Dan zegt ze: “Ik vind het zo fijn dat we hier in de zitkamer ook nog een kachel hebben. De verwarming is natuurlijk ook prima, maar zo’n kachel…” Haar stem ebt weg. “Zo’n kachel herinnert mij meteen aan opa. En aan ’t wirkes van dr opa.”
“’t Wirkes,” herhaalt Tim, die Lily’s opa in goede herinnering heeft en dankbaar is, dat hij hem heeft leren kennen.
“Nu is het alweer twee jaar geleden dat opa vlak voor kerstmis gestorven is,” zegt Lily zachtjes.
Tim legt een arm over haar schouders. “Jij had zo’n lieve opa,” fluistert hij.
“Ja,” is Lily’s eenvoudige antwoord. Ze haalt diep adem. “Ik was altijd zo graag bij hem wanneer hij aan het klussen was. Het was nergens zo veilig en vertrouwd als bij hem in ’t wirkes.”
“En nu hebben wij zijn kerststal,” zegt Tim met een blik op de stal die in een hoek van de kamer op een tafeltje staat.
“Ik bof maar,” meent Lily en zucht ervan. “Oma wilde hem niet meer en ik was reuzeblij, dat ze mij vroeg of ik hem wilde hebben. Met Maria en Jozef en het kindje in de kribbe en alles wat erbij hoort.”
“Zelfs de strobundeltjes zijn er nog.” Tim staat op om een nieuw houtblok in de kachel te gooien.
Lily sluit haar ogen en ziet in gedachten haar opa, die zorgvuldig het dak van de kerststal repareert. En hoe ze samen kerstkransjes gegeten hebben.
“Ik verheug mij op de baby,” zegt Tim, die weer naast haar is gaan zitten.
“Ik ook.” Lily leunt behaaglijk tegen hem aan.
“Zo meteen maak ik warme chocomel,” zegt Tim. "Tulband is er ook nog."
En dan staren ze samen in de vlammen.
°°°°°
Wordt vervolgd…