Een stoel bij het raam
Mevrouw Janssen zit bij het raam. Elke dag opnieuw. Het uitzicht op de straat is haar kalender, haar klok, haar houvast. Soms zwaait een buurvrouw, soms fietst er een kind voorbij. De dagen lijken op elkaar, en toch voelt ze het verschil: de eenzaamheid weegt zwaarder nu ze ouder wordt en de ziekte dementie langzaam haar wereld kleiner maakt.
Thuis blijven wonen was altijd haar wens. Vrijheid, zei ze. Haar eigen kopje koffie, haar vertrouwde stoel, de geur van de tuin. Maar de vrijheid is niet zonder schaduw. Want langer thuisblijven betekent ook: zoeken naar vriendschap, naar verbinding in een wereld die zich steeds sneller lijkt te draaien.
Gelukkig zijn er houvasten. Haar dochter komt langs, de mantelzorger die naast liefde ook zorg draagt. De vrijwilliger van de kerk belt wekelijks aan voor een praatje en een wandeling. De casemanager houdt overzicht, ordent wat verwarrend is geworden. En eens per week is er de dagbesteding: een warme plek waar medewerkers en lotgenoten haar laten lachen, zingen en verhalen ophalen die ze dacht vergeten te zijn.
Samen vormen ze een onzichtbaar netwerk om haar heen. Familie, mantelzorgers, vrijwilligers, casemanagers, medewerkers dagbesteding – stuk voor stuk mensen die haar helpen de grip niet te verliezen. Zij brengen licht in de schemer, en geven haar iets dat even kostbaar is als gezondheid: verbondenheid.
En terwijl mevrouw Janssen weer naar buiten kijkt, ziet ze niet alleen de lege straat. Ze weet dat ze niet alleen is. Achter haar staan mensen die haar vasthouden, ook als de ziekte probeert haar weg te trekken uit de wereld.
Want thuisblijven, dat is meer dan wonen. Dat is samen leven.
Auteur
Jacqueline Fokken